De hypothese lag in zekere zin niet ver van het uiteindelijk antwoord af. Het aangeleerde gedrag was iets wat door alle biologielessen al snel duidelijk was geworden, hier bestonden dus ook geen twijfels over. Door vooraf al wat onderzoek te hebben gedaan gingen we niet helemaal blanco dit onderzoek in, dit is waarschijnlijk ook de reden dat de hypothese op een redelijk goede lijn met de uiteindelijk conclusie ligt. Zoals bij de conclusie ook al is vastgesteld zijn wetenschappers nog lang niet klaar met het onderzoeken van genderdysforie. Tijdens het gesprek met Heleen en Vick van het COC Zwolle kwamen wij met zijn allen op het idee dat het erg leuk zou zijn om over ongeveer vijftig jaar nog een keer dit onderzoek te doen. Dit natuurlijk omdat we ervan uitgaan dat wetenschappers de aankomende jaren nog verder gaan komen met hun ondervindingen en dat er tegen die tijd een heldere en duidelijke conclusie moet zijn over het ontstaan van genderdysforie. We hopen dat we dan in plaats van alleen maar interviews af te kunnen nemen ook zelf onderzoeken in ziekenhuizen uit kunnen voeren. Het is natuurlijk veel leuker om zelf hersenscans uit te voeren, dan erna te kijken. Ook zou een vervolgonderzoek naar de vraag waarom er in de kritieke fase wel of geen directe toevoer van testosteron is, terwijl dit normaliteit niet zou moeten, ons onderzoek vollediger maken. Dit kan natuurlijk alleen als de testosteron theorie die er nu het waarschijnlijkst is blijkt te kloppen. Er worden niet veel onderzoeken naar genderdysforie gedaan, hierdoor zal het lang duren voordat het bewezen kan worden wat nu de echte oorzaak is. Wel viel het in de interviews op dat bijna iedereen erin geloofd dat de testosteron theorie waar is behalve psycholoog Mark Hommes. Hij wilde nog niet op deze theorie ingaan omdat het nog niet volledig te bewijzen valt, dit is iets wat bij de meeste wetenschappers van tegenwoordig het geval is.

Maak jouw eigen website met JouwWeb